Op de linkeroever van de Schelde, dicht tegen de grens met Nederland, bevindt zich het gehuchtje Ouden Doel. Het ligt ingesloten op een relatief smalle strook polderland, tussen twee tegenpolen.
Op Nederlands grondgebied, het natuurreservaat "Verdronken land van Saeftinghe". Aan de Belgische kant, de kerncentrale van Doel met het nieuwe Deurganckdok.
Ouden Doel, een oase van rust, dreigt nu ook te verdwijnen omwille van de havenuitbreiding.
Iedereen uit de streek kende " ’t Schuurke" van Ouden Doel, het dorpscafé van Irma, een legendarisch dorpsfiguur. Ze wilde nooit weggaan of onteigend worden, tot ze gezondheidsproblemen kreeg.
Ze is niet meer onder ons, haar plaats is ingenomen door Benjamin Vergouwen, die samen met zijn vrouw Katrien Doggen een poldermuseum gemaakt heeft van ’t Schuurke.
Het PolderMAS was geboren; 1 km oostwaarts beland je tussen enorme containerschepen, aanlegkades en de grootste chemische cluster van Europa, een totaal andere wereld.
Benjamin is Archeoloog bij BAAC en samen met zijn vrouw Katrien conservator van "De grote Geule", een oude overstromingsgeul uit de 16e en 17e eeuw. Momenteel is het een erkend natuurgebied dat zich uitstrekt van Kieldrecht tot Meerdonk. Katrien studeerde Klassieke filologie. Zij bewonen met hun vier kinderen de Reinaerthoeve vlakbij het PolderMas.
In deze hoeve bevindt zich een uitgebreide collectie oude landbouwwerktuigen. Het PolderMAS is een museum dat de geschiedenis die zich afgespeeld heeft langs de Linkerscheldeoever wil bewaren voor het nageslacht. De naam PolderMAS verwijst naar het Poldermuseum in Lillo-
De collectie is zeer uitgebreid: men vindt er archeologica, fossielen, kleipijpen, oude kaarten, prenten, etsen en ook oude documenten. Benjamin houdt niet van harde actie, hij wil een positief verhaal vertellen over de streek en zijn collectie. Dat hij daarin geslaagd is bewijst de bijzondere vermelding die het PolderMAS gekregen heeft bij de uitreiking van de erfgoedprijs 2016 van de provincie Oost-
Aanvankelijk dacht ik aan een kopie, toen ik de kan in handen kreeg was ik er direct van overtuigd dat ik een exemplaar uit de 17e eeuw vast had en wat voor een!
Een Jan Steenkan is een pijpkan die vaak afgebeeld werd op schilderijen gemaakt door Jan Steen (1625-
De naamkeuze heeft wellicht te maken met de 19e-
De kan uit het PolderMAS heeft een paar kleine deuken op de buik en onderaan de voet is ook een deuk te vinden die wellicht ontstaan is bij het opbaggeren.
De kan is, zoals hierboven vermeld, een baggervondst door de vader van Benjamin, de Heer Karel Vergouwen. Hij was destijds kapitein op een baggerschip van de firma Dredging International.
De kan is gevonden 3 km uit de kust ter hoogte van Duinkerke.
Het merk bevindt zich aan de binnenkant van het deksel, het betreft een kleine gekroonde roos met de vrij grote initialen I.P. in de kroon. Dit merk heb ik niet kunnen terugvinden, we mogen aannemen dat het om een onbekende tinnegieter gaat die werkzaam was in de 17e eeuw.
Benjamin zou graag investeren in de Reinaerthoeve en zijn museum, maar dit is door de onzekere toekomst van Ouden Doel helaas niet mogelijk.
De Werkgroep Archeologie Hulst bracht op 23 november 2016 een bezoek aan het PolderMAS.
We werden hartelijk ontvangen door Benjamin, terwijl er voor de koffie gezorgd werd konden we al even rondkijken. Het was tijdens deze rondgang dat ik een tinnen Jan Steenkan op een lage vitrinekast zag staan.
Ik zou de kan durven dateren als minimaal halfweg de 17e eeuw, maar het is zeker mogelijk dat ze nog een stuk ouder is omdat het merk sterk overeenkomt met gevonden merken uit de tweede helft van de 16e eeuw. Er zijn wereldwijd ongeveer negentig Jan Steen kannen overgebleven, de meeste bevinden zich in de bekendste musea; slechts een handvol zijn in particulier bezit. Het is een object met een belangrijke historische waarde. De vindplaats verwijst naar de Tachtigjarige oorlog (1568-
Bij de vrede van de Pyreneeën werd Duinkerke toebedeeld aan het Engelse Gemenebest maar in 1652 kwam de stad opnieuw in Spaanse handen. De druk bevaren handelsroute via het Kanaal was van zeer groot belang. De route had een groot probleem met kaperij waar na 1658 een einde aan kwam. Dit was echter geen lang leven beschoren want de kaapvaart kwam zeer snel opnieuw tot bloei. Bij al deze gevechten zal er af en toe wel eens iets in het water beland zijn, dat dan eeuwen later door een visser of baggerschip weer wordt bovengehaald. Voor ieder van ons die erfgoed belangrijk vindt, is een bezoek aan het PolderMAS een aanrader. Je kunt er op een warme ontvangst rekenen en Benjamin zal graag alles over zijn collectie en de Linkerscheldeoever vertellen; hij doet dit op een boeiende manier.
Bovendien is het PolderMAS een waar rariteitenkabinet dat talloze verborgen schatten herbergt.
Freddy van Puymbrouck
Werkgroep Archeologie Hulst
Bronnen:
Exsitu.be/het-
De kan van Jan Steen, Drs. Alexandra Gaba-
Bij de foto's:
1. Het gehucht "Ouden Doel".
2. 't Schuurke (bron: Erfgoedbank Waasland).
3. Embleem van het PolderMAS
4. Irma in haar dorpscafé (bron: Erfgoedbank Waasland).
5. Benjamin Vergouwen met het octrooi van de Sebastiaanhandbooggilde (1698)
6. Jan Steenkan
7. Tinmerk op het deksel van de kan.
8. Kijkje binnen in het PolderMAS.
9. Vitrines vol met spullen.